De politieke steun voor deze overeenkomst beperkt zich niet alleen tot woorden. In het kader van de Wet werk en zekerheid is de payrollovereenkomst veelvuldig besproken met als uitkomst een pakket eigen regels voor de payrollovereenkomst. Deze regels zijn bedoeld om de excessen te bestrijden, maar onderschrijven bovenal dat payrolling een volwaardige arbeidsrechtelijke relatie oplevert!
Volgens Julius Kousbroek, Payroll Works is deze politieke steun niet verwonderlijk. Personen die zich namelijk daadwerkelijk in de materie verdiepen weten wat de meerwaarde is van payrolling, ook voor werknemers. Dat is het beste te illustreren aan de hand van een praktijkvoorbeeld, zegt Julius Kousbroek, directeur Payroll Works. "Bedenkt u zich de metselaar die voor een aangenomen klus een hulpkracht in dienst wil nemen. Voordat hij deze medewerker aan het werk zet moet de metselaar zich eerst meester maken van een algemeen verbindend verklaarde cao van 324 pagina’s. Daarnaast heeft hij als formele werkgever de plicht allerhande gegevens aan diverse instanties te verstrekken. Die rugzak met administratieve stenen maakt het hem zo moeilijk dat hij een ZZP’er inhuurt of maar helemaal niemand in dienst neemt. Een payrollorganisatie voorziet hier in een duidelijke behoefte. De metselaar vindt via zijn netwerk een geschikte werknemer. Deze werknemer treedt vervolgens bij de payrollorganisatie in dienst, die zorgdraagt voor alle werkgeverstaken en de werknemer ter beschikking stelt aan de metselaar. De payrollorganisatie zorgt aldus dat de metselaar zijn gevraagde hulp heeft en de werknemer zijn aangeboden arbeid kan inzetten".
Julius Kousbroek vervolgt: "Als u naar het hierboven gegeven voorbeeld kijkt, dan herkent u daarin de driehoeksrelatie van de uitzendovereenkomst zoals omschreven artikel 7:690 van het Burgerlijk Wetboek: De uitzendovereenkomst is de arbeidsovereenkomst waarbij de werknemer door de werkgever, in het kader van de uitoefening van het beroep of bedrijf van de werkgever ter beschikking wordt gesteld van een derde om krachtens door deze aan de werkgever verstrekte opdracht arbeid te verrichten onder toezicht en leiding van de derde".
"Voor de werknemer is de payrollorganisatie dus de werkgever. Als werkgever zorgt zij ervoor dat de werknemer zijn loon krijgt, ook als deze werknemer ziek is. Zit de metselaar uit ons voorbeeld krap bij kas, dan heeft dit voor de werknemer geen gevolgen. Deze krijgt zijn loon immers van de payrollorganisatie die het loon gewoon moet uitbetalen, ongeacht of de metselaar zijn rekening aan de payroll organisatie kan betalen. Heeft de werknemer een HR-vraagstuk, dan kan de payrollorganisatie hem daar gemakkelijk bij helpen. Ook van een correcte afdracht van sociale premies en belastingen is de werknemer verzekerd. Deze zaken zijn immers de corebusiness van de payrollorganisatie. De metselaar kan zich ondertussen richten op zijn corebusiness. Aldus, en dit is cruciaal om vast te stellen, vervult de payrollorganisatie haar allocatieve functie op de arbeidsmarkt: zij brengt de vraag naar en het aanbod van tijdelijk werk bij elkaar. In tegenstelling tot wat wel wordt beweerd, volgt noch uit de wet, noch uit de wetsgeschiedenis, dat werving en selectie door de payrollorganisatie daarvoor een vereiste is".
Julius Kousbroek eindigt: "Een opinie over payrolling op basis van excessen doet onrecht aan de talloze organisaties die keurig binnen de kaders van de wet opereren. De huidige ongenuanceerde discussie is schadelijk, niet alleen voor de payrollorganisaties, maar vooral ook voor de 200.000 werknemers die iedere dag via payrolling werk hebben. Er wordt onzekerheid gecreëerd over de rug van deze payroll werknemers, zonder dat er overtuigende argumenten worden aangevoerd".
Bron: Pamflet, Payroll Works
Waarom bij ons een offerte aanvragen?
Testimonials
Benieuwd naar ervaringen van anderen met onze adviseurs?