De opzegtermijn voor de beëindiging van een arbeidsovereenkomst is bij wet in Nederland geregeld. In een CAO of individuele arbeidsovereenkomst kunnen echter ook afwijkende opzegtermijnen zijn afgesproken. Dat is bijvoorbeeld o.a. het geval bij een uitzendbeding bij uitzendkrachten en payrollmedewerkers (zie onderstaand).
Direct een payrollofferte opvragen?
De opzegging van een arbeidsovereenkomst is altijd per einde van de maand, tenzij in een schriftelijke overeenkomst anders is bepaald. Dit is bepaald in artikel 7:672 lid 1 BW en betekent dat als er wordt opgezegd op de 14e van een maand de opzegtermijn begint op de 1e van de volgende maand.
De wettelijke opzegtermijn voor een werknemer is één maand (artikel 7:672 lid 3 BW). Werkgever (lees u) en werknemer kunnen in een arbeidsovereenkomst een kortere of een langere opzegtermijn afspreken. Ook in de CAO kan een afwijkende opzegtermijn afgesproken worden. De opzegtermijn mag maximaal zes maanden zijn.
De opzegtermijn voor een werknemer kan alleen langer zijn dan de wettelijke termijn wanneer de opzegtermijn voor de werkgever twee keer zo lang is (artikel 7:672 lid 6 BW). Dus als de werknemer een opzegtermijn heeft van twee maanden, dan heeft de werkgever een opzegtermijn van vier maanden. Van deze verdubbeling van de opzegtermijn kan alleen bij CAO worden afgeweken. In dat geval dient de opzegtermijn voor de werkgever ten minste even lang te zijn als die van de werknemer.
Elke arbeidsovereenkomst voor bepaalde en onbepaalde tijd eindigt in ieder geval van rechtswege op de laatste dag voorafgaand aan de maand waarin iemand de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, tenzij hiervan uitdrukkelijk in een individuele arbeidsovereenkomst wordt afgeweken.
Voor payrollmedewerkers in fase A van de ABU-CAO met uitzendbeding geldt geen opzegtermijn. De payrollmedewerker kan op ieder moment opstappen. De enige voorwaarde waar hij/zij aan moet voldoen is dat hij/zij hier 1 dag van tevoren melding van maakt.
Als er sprake is van een payrollcontract zonder uitzendbeding waarin de loondoorbetalingsplicht is uitgesloten en het payrollbedrijf doet een beroep op deze uitsluiting, dan kan de payrollwerknemer per direct opzeggen.
De payrollmedewerker die een payrollcontract heeft voor bepaalde tijd (dus een overeenkomst zonder uitzendbeding) moet rekening houden met een opzegtermijn van:
Het payrollcontract dat is aangegaan voor onbepaalde tijd kan te allen tijde door de payrollmedewerker en inlener/payrollbedrijf tegen de eerstvolgende werkdag met inachtneming van een opzegtermijn van één maand worden opgezegd, tenzij in het payrollcontract een afwijkende opzegtermijn is opgenomen. Indien in het payrollcontract een langere
opzegtermijn wordt overeengekomen, dan geldt deze opzegtermijn voor zowel de payrollmedewerker als het payrollbedrijf.
Tot slot eindigt elk payrollcontract voor bepaalde tijd en onbepaalde tijd van rechtswege op de dag waarop de payrollwerknemer de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt, tenzij hiervan uitdrukkelijk wordt afgeweken in een individueel payrollcontract.
Bij deze CAO geldt ook dat elk payrollcontract voor bepaalde tijd en onbepaalde tijd van rechtswege eindigt op de dag waarop de payrollwerknemer de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt, tenzij hiervan uitdrukkelijk wordt afgeweken in een individueel payrollcontract.
De opzegtermijnen in een eigen payroll bedrijfs-CAO bedragen voor de payrollmedewerker vaak:
Ook hierbij geldt, elke payrollcontract voor bepaalde en onbepaalde tijd eindigt in ieder geval van rechtswege op de dag waarop de payrollmedewerker de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt, tenzij hiervan uitdrukkelijk wordt afgeweken in een individueel payrollcontract.
Met de komst van de Wet Werk en Zekerheid heeft een payrollbbedrijf sinds 1 januari 2015 te maken met de invoering van een aanzegtermijn.
Een payrollbedrijf is hierdoor verplicht, minimaal één maand voor afloop van een tijdelijke payrollcontract van een payrollwerknemer, hem/haar schriftelijk te laten weten of het payrollcontract al dan niet wordt verlengd.
Deze verplichte aanzegtermijn geldt alleen voor tijdelijke payrollcontracten van zes maanden of langer. Is het payrollbedrijf te laat met het aanzeggen van de beëindiging of verlenging of vergeet zij de aanzegtermijn helemaal, dan moet zij de payrollwerknemer een vergoeding (boete) betalen van één maandsalaris naar rato.
Mocht u gaan willen payrollen, informeert u dan vooraf bij uw payrollbedrijf, wie straks eventueel verantwoordelijk is voor mogelijke boetes bij het niet op tijd aanzeggen van uw personeel.
Naast de komst van een aanzegtermijn is er met de komst van de Wet Werk en Zekerheid ook een transitievergoeding voor payrollwerknemers met een payrollcontract die ten minste 24 maanden heeft geduurd en het payrollcontract: a. door de inlener/payrollbedrijf is opgezegd, b. op zijn verzoek is ontbonden en c. na een einde van rechtswege niet aansluitend door hem is voortgezet.
Daarnaast heeft een payrollwerknemer recht op een transitievergoeding als het payrollcontract door ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de inlener/payrollbedrijf: a. door de hem/haar is opgezegd, b. op verzoek is ontbonden en c. na een einde van rechtswege niet aansluitend door hem/haar is voortgezet.
De transitievergoeding is over de eerste 120 maanden van een payrollcontract gelijk aan een zesde van het loon per maand voor elke periode van zes maanden dat het payrollcontract heeft geduurd en gelijk aan een kwart van het loon per maand voor elke daaropvolgende periode van zes maanden. De transitievergoeding bedraagt maximaal € 75.000,– of een bedrag gelijk aan ten hoogste het loon over twaalf maanden indien dat loon hoger is dan dat bedrag.
Het maximumbedrag wordt telkens met ingang van 1 januari door Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gewijzigd overeenkomstig de ontwikkeling van de contractlonen zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in de Macro-Economische Verkenningen, in het voorafgaande jaar is geraamd.
Het bedrag wordt daarbij afgerond op een veelvoud van € 1.000,–. Het gewijzigde bedrag is uitsluitend van toepassing indien een payrollcontract op of na de datum van de wijziging eindigt of niet wordt voortgezet.
Voor de berekening van de duur van het payrollcontract worden:
Onder bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te bepalen voorwaarden kunnen op de transitievergoeding in mindering worden gebracht:
De transitievergoeding is niet verschuldigd indien het eindigen of niet voortzetten van het payrollcontract:
In afwijking van de vorige bepaling, onderdeel c, kan een kantonrechter de transitievergoeding geheel of gedeeltelijk aan de payrollwerknemer toekennen indien het niet toekennen ervan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
Indien, na een einde van rechtswege, het niet voortzetten van het payrollcontract het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van inlener/payrollbedrijf, kan een kantonrechter:
Wij kunnen ervoor zorgen dat alles rond opzegtermijn, aanzegtermijnen en transitievergoeding omtrent uw payrollmedewerkers voor u goed wordt geregeld. Hierdoor komt u als inlener (functioneel werkgever) van uw payrollwerknemers bij een conflict of geschil, achteraf niet voor verrassingen te staan.
Voor meer uitleg of informatie over payroll of payrolling en antwoord op de meer dan 400 payroll vragen, willen wij u graag doorverwijzen naar o.a. 1 van de volgende pagina's: payroll vragen, payrolltarieven, payroll kosten, payroll nadelen, payrollcontract, payrollwerknemer, payrollbedrijven, payroll betekenis, payrollbureau, payroller, payrollconstructie, verschil uitzendkracht en payroll, uitzendbureau payroll, goedkoopste payroll, payroll zzp en freelance payroll.
Heeft u echter genoeg gelezen over opzegtermijnen, aanzegtermijnen en transitievergoedingen bij payroll, dan kunt u altijd een geheel vrijblijvend en gratis adviesgesprek, payroll flexpool inventarisatie, payrollofferte of payrollberekening bij ons aanvragen!
Waarom bij ons een offerte aanvragen?
Testimonials
Benieuwd naar ervaringen van anderen met onze adviseurs?